Ondanks ernstig verwijtbaar handelen, ontvangt werknemer toch ¼ deel van zijn transitievergoeding

De kantonrechter Amsterdam (hierna: de kantonrechter) heeft zich uitgelaten over een ontbinding van de arbeidsovereenkomst van een werknemer wegens meerdere integriteitsschendingen.

De werknemer is sinds 1993 werkzaam als handhaver bij de gemeente Amsterdam. In 2014 heeft de werknemer een berisping en een waarschuwing gekregen, omdat hij de dienstauto voor privédoeleinden had gebruikt en een negatief bericht had geplaatst op de Facebookpagina ‘Vrienden van de PVV’.

In de periode maart 2019 tot en met september 2019 heeft de werknemer zich opnieuw schuldig gemaakt aan meerdere integriteitsschendingen, namelijk:

  1. Het tijdens werktijd afwezig zijn (rondje touren met de motorclub) en hiervoor geen verlof opnemen.
  2. Het kopen van voetbaltickets (Ajax – Tottenham) via een werkrelatie tegen een zeer gereduceerd tarief (€ 80,- in plaats van € 328).
  3. Met de dienstauto naar bovengenoemde wedstrijd gaan en parkeren bij de Arena op een plek voor hulpdiensten en handhaving waarvoor een parkeerontheffing geldt. De werknemer stond naderhand bij zijn dienstauto met een geopend bierblikje in zijn hand.
  4. Zich negatief uitlaten over collega’s. Denk aan: ”Tja… Ik mag het niet zeggen. Maar je begrijpt het. Komen aan de beurt tante, geloof mij”, omdat zij een vijftal integriteitsschendingen over de werknemer hebben gemeld.
  5. Het tijdens werktijd aannemen van een fles champagne tijdens het Kwaku festival.
  6. Toegang verschaffen tot de artiesteningang van het Kwaku festival aan zijn vriendin, haar zus en dochter.

Naar aanleiding van deze incidenten heeft de gemeente Amsterdam de werknemer op 7 oktober 2019 geschorst en hem de toegang tot zijn werkplek ontzegd. Op 18 februari 2020 heeft de gemeente Amsterdam aan de kantonrechter verzocht de arbeidsovereenkomst primair te ontbinden wegens ernstig verwijtbaar handelen. De werknemer stelt dat het verzoek moet worden afgewezen omdat hij de gedragingen niet of niet doelbewust heeft begaan, hij niet eerder op zijn functioneren is aangesproken en de gemeente Amsterdam niet voortvarend heeft gehandeld.

De kantonrechter kent het verzoek van de gemeente Amsterdam toe. De kantonrechter is van oordeel dat bij het verrichten van werkzaamheden sprake is (geweest) van een vergaande en onaanvaardbare normvervaging. De werknemer is tijdens werktijd afwezig geweest, heeft dienstvoertuigen privé gebruikt, heeft ten onrechte met ontheffing geparkeerd, heeft goedkoop voetbalkaartjes gekocht via een werkrelatie, heeft familie tijdens een festival op plekken toegelaten waar zij niet horen te komen, heeft onheuse uitlatingen geplaatst op Facebook en heeft tot slot cadeaus aanvaard. De werknemer heeft bij al deze gedragingen gebruikgemaakt van zijn functie, kennis en invloed.

Dat de werknemer ambtenaar is in de zin van de Ambtenarenwet 2017, is niet doorslaggevend, omdat geen enkele werknemer zich zo dient te gedragen. Volgens de kantonrechter weegt wel mee dat gezien de aard van de functie, de kennis en ervaring en de voorbeeldfunctie die de werknemer voor (jongere) collega’s heeft van hem, mag worden verwacht dat hij zich houdt aan alle regels die gelden rondom integriteit. Deze eisen en regels zijn immers vastgelegd in meerdere reglementen en bij de werknemers van de gemeente Amsterdam onder de aandacht gebracht. De kantonrechter is dan ook van oordeel dat sprake is van ernstig verwijtbaar handelen.

Hoewel sprake is van ernstig verwijtbaar handelen, oordeelt de kantonrechter dat de werknemer toch recht heeft op een transitievergoeding en kent een kwart van de transitievergoeding (€12.000) toe. De kantonrechter betrekt daarbij het zeer lange dienstverband van werknemer, zijn leeftijd en het feit dat er op een gedeelte van het dienstverband van werknemer geen aanmerkingen zijn geweest. Het niet toekennen van een transitievergoeding zou op grond van de redelijkheid en billijkheid derhalve onaanvaardbaar zijn.

Beschouwing
De meerdere grove gedragingen, die de ambtenaar heeft begaan, hebben tot het (juiste) oordeel geleid dat sprake is van ernstig verwijtbaar handelen. Op grond hiervan is de arbeidsovereenkomst ontbonden. Als sprake is van ernstig verwijtbaar handelen dan is in beginsel geen transitievergoeding verschuldigd. In uitzonderingsgevallen wordt deze vergoeding wel toegekend. Deze kwestie is kennelijk zo’n uitzonderingsgeval. De kantonrechter oordeelt dat de ambtenaar toch recht heeft op een kwart van de transitievergoeding, mede gelet op zijn langdurige dienstverband, waarin hij grotendeels naar behoren heeft gefunctioneerd. Het is afwachten of meer rechters gebruik zullen blijven maken van deze mogelijkheid en wat de gevolgen hiervan zullen zijn. Het blijft opvallend. De ambtenaar heeft zich immers op verschillende vlakken zo ernstig misdragen dat dit ertoe heeft geleid, dat zijn arbeidsovereenkomst is ontbonden. Dient dit ernstig verwijtbaar handelen dan vervolgens ‘beloond’ te worden?

De gehele uitspraak is hier te lezen.

Heeft u vragen? Neem dan contact met ons op.

Auteur: Saffira van Wijk

Next Post Previous Post