Overwerkvergoeding en nachtrittentoeslag kunnen onderdeel uitmaken van vakantieloon

Op 6 november 2022 heeft het gerechtshof Den Haag (link) het toetsingskader uit de Europese rechtspraak toegepast op de vraag of overwerkvergoeding en nachtrittentoeslag onderdeel kunnen uitmaken van het vakantieloon.

Het ging hier om een werknemer die sinds 1998 in dienst is bij Mammoet Nederland B.V. (hierna: Mammoet) in de functie van kraanmachinist. Deze werknemer heeft in 2018 aan Mammoet medegedeeld dat hij aanspraak maakt op achterstallig vakantieloon over de periode vanaf 2013 nu bij dit loon geen rekening is gehouden met zijn overwerkvergoeding en nachtrittentoeslag. Mammoet gaat echter niet over tot betaling van dit achterstallig vakantieloon en werknemer stapt vervolgens naar de rechter. De kantonrechter wijst hier enkel de vordering die gebaseerd was op de nachtrittentoeslag toe en de overige vorderingen van werknemer worden afgewezen. Hiertegen gaat werknemer vervolgens in hoger beroep bij het hof.

In hoger beroep vordert werknemer een hoger vakantieloon op basis van gewerkte overuren en ontvangen toeslagen die door Mammoet niet zijn meegeteld bij de berekening van het vakantieloon.

Het hof gaat eerst in op de overuren van werknemer. Op grond van de wet behoudt de werknemer gedurende zijn vakantie recht op loon. Voorop staat dat de betaling van vakantieloon tot doel heeft de werknemer tijdens de jaarlijkse vakantie in een situatie te plaatsen die qua beloning vergelijkbaar is met zijn situatie tijdens gewerkte periodes.

Het hof gaat vervolgens in op de drie voorwaarden die door het Hof van Justitie van de Europese Unie in 2018 in het Hein-arrest in het kader van overuren zijn geformuleerd. De regel is dat de vergoeding voor gemaakte overuren geen deel uit van het gewone loon, tenzij de uit de arbeidsovereenkomst voorvloeiende verplichtingen van de werknemer vergen dat hij regelmatig overuren maakt. Dit betekent dat de vergoeding dan een belangrijk onderdeel vormt van de totale vergoeding van de werknemer. In zo’n geval maakt de overwerkvergoeding wél deel uit van het gewone loon en daarmee het vakantieloon.

Volgens het hof zijn aan al deze voorwaarden in de situatie van werknemer voldaan. Allereerst moet uit de arbeidsovereenkomst de verplichting volgen dat de werknemer (regelmatig) overuren maakt. Aan deze voorwaarde is hier voldaan nu werknemers het maken van overuren bij Mammoet als normaal beschouwen. Daarnaast duidt ook de omvang van de overuren erop dat overuren te beschouwen zijn als inherent aan het werk. Vervolgens gaat het hof in op de vraag of de overuren op regelmatige basis werden gemaakt. Ook aan deze voorwaarde is voldaan, nu werknemer jaarlijks overuren maakte, namelijk variërend van 241 uur tot 504 uur per jaar. Daarnaast hielden beide partijen steeds rekening met de te werken overuren (in het kader van inroostering). Het overwerken is dus steeds voor partijen voorzienbaar geweest. Tot slot wordt over de voorwaarde van ‘belangrijk onderdeel van de totale vergoeding’ opgemerkt dat hierover tussen partijen geen geschil bestaat, dus ook aan deze voorwaarde is voldaan. De overwerkvergoeding moet dan ook worden meegeteld in het loon, waar werknemer tijdens zijn vakantie recht op heeft.

Vervolgens gaat het hof in op de vraag of de nachtrittentoeslag onderdeel uitmaakt van het vakantieloon van werknemer. Hierbij hanteert het hof de toets van het Hof van Justitie in het British Airways-arrest.

De nachtrittentoeslag is een vergoeding voor het buiten de reguliere (over)werktijden werken met de kraan. Het hof meent dat het ’s nachts werken met de kraan een last is die intrinsiek samenhangt met de uitvoering van de taak die een kraanmachinist is opgedragen op basis van de arbeidsovereenkomst. Dat het verschilt per periode of een kraanmachinist wordt ingeroosterd op nachtdiensten en dat er kraanmachinisten zijn die niet worden ingeroosterd op nachtdiensten, maakt dat niet anders: werknemer diende ’s nachts te werken en ontving voor die last een vergoeding. Die vergoeding wordt dan ook gerekend tot het ‘gewone loon’ van werknemer en daarmee zijn vakantieloon.

Auteur: Rachel van der Horst

Next Post Previous Post