Alcoholgebruik onder werktijd is reden voor ontslag

Feiten en omstandigheden
Werknemer is sinds 11 augustus 2020 werkzaam bij Fourzorg, een zorgorganisatie, die ondersteuning biedt aan mensen die (bijvoorbeeld door psychische-, verstandelijke- en/of verslavingsproblematiek) vastlopen op verschillende levensgebieden. Op 30 juli 2022 is werknemer thuis van de trap gevallen en heeft zich daarom ziek gemeld. In verband met aanhoudende klachten is werknemer in het weekend van 6 en 7 augustus 2022 in het ziekenhuis nader onderzocht. Op 8 augustus 2022 is de leidinggevende van werknemer langs geweest in het ziekenhuis waarbij is gesproken over cliëntenoverdracht.

In een brief van 18 augustus 2022 schrijft Fourzorg aan werknemer dat gebleken is dat hij drank en (soft)drugs heeft gebruikt met, althans bij cliënten, dat dit voor Fourzorg volstrekt onacceptabel is en dat na nader onderzoek passende actie ondernomen zal worden. Op 22 augustus 2022 zijn de leidinggevende van werknemer en een collega bij werknemer thuis geweest. In dat gesprek is namens Fourzorg een vaststellingsovereenkomst aangeboden aan werknemer, ter beëindiging van zijn arbeidsovereenkomst. Deze vaststellingsovereenkomst is diezelfde dag door partijen ondertekend. Bij brief van 25 augustus 2022 heeft werknemer de vaststellingsovereenkomst herroepen. Fourzorg verzoekt ontbinding van de arbeidsovereenkomst op de e-grond.

Oordeel
Fourzorg verwijt werknemer dat hij met of bij hulpbehoevende cliënten alcohol en drugs heeft gebruikt, onder invloed van drank en/of drugs bij de GGZ stennis heeft gemaakt en is weggestuurd, in beschonken toestand met de bedrijfsauto heeft gereden, ongeoorloofde persoonlijke en/of emotionele contacten onderhield met cliënten, medewerkers van Fourzorg heeft beledigd en dat hij ernstig tekortschietend besef heeft van hetgeen als zorgverlener van hem verwacht mag worden.

De kantonrechter is van oordeel dat sprake is van zodanig verwijtbaar handelen dat er een redelijke grond is voor ontbinding van de arbeidsovereenkomst. Vast staat dat werknemer alcohol heeft gedronken in het bijzijn van een cliënt en dat zij intiem tegen elkaar aan op de bank hebben gelegen. Werknemer heeft op de zitting verklaard dat hij dacht dat het een lange nacht zou gaan worden, dat hij daarom een biertje heeft genomen en dat het er vier zijn geworden. Maar juist als sprake was van een situatie waarin werknemer, zoals hij stelt, bij cliënt is gebleven om te voorkomen dat woede, onmacht en desolaatheid van deze cliënt tot calamiteiten zou leiden, dan had werknemer geen alcohol mogen drinken. Er was immers sprake van werktijd. Daarbij wordt in aanmerking genomen dat Fourzorg aannemelijk heeft gemaakt dat werknemer kennis heeft kunnen nemen van de bij haar geldende Gedragscode, waarin vermeld staat dat het nuttigen van alcohol en/of drugs tijdens werktijd verboden is en wat wordt verstaan onder een professionele rol.

Verder heeft werknemer in een e-mail medewerkers van Fourzorg beledigd door hen ‘eenbenige clown ’, ‘chanteuse’ en ‘dikke deur’ te noemen. Ook heeft hij in een WhatsAppbericht zijn collega’s uitgemaakt voor ‘pleurishonden’.

Ook beroept Fourzorg zich op WhatsAppberichten tussen werknemer en cliënt, waaruit volgens Fourzorg zou blijken dat werknemer drugs bij cliënt kocht en/of gebruikte. Volgens werknemer communiceren cliënt en hij op een specifieke manier, die te maken heeft met het feit dat cliënt een baantje heeft kunnen krijgen als beveiliger bij een coffeeshop en daar grappen over maakt. Ter onderbouwing daarvan is een schriftelijke verklaring van cliënt overgelegd. Los van de vraag of het in de betreffende berichten daadwerkelijk gaat over drugs die werknemer gebruikt, is de manier waarop werknemer met cliënt communiceerde naar het oordeel van de kantonrechter niet zoals van een professioneel begeleider in de zorg verwacht mag worden. Met name de opmerking van werknemer dat cliënt zich ‘als een wijf’ gedraagt is ongepast.

Deze gedragingen samengenomen maakt dat een ontbinding op de e-grond wegens verwijtbaar handelen gerechtvaardigd is. Werknemer heeft recht op de transitievergoeding. Fourzorg heeft onvoldoende concreet gemaakt wat het handelen van werknemer ernstig verwijtbaar zou maken.

Heeft u naar aanleiding van het voorgaande vragen? Neem gerust contact met ons op.

U leest de uitspraak hier.

Auteur: Emma Eijkelenboom

Next Post Previous Post