Ontslag op staande voet wegens het meenemen van twee blikjes frisdrank?

Werknemer is op 1 juli 2003 bij werkgever in dienst getreden in de functie van vrachtwagenchauffeur. Vanaf 2004 heeft werknemer bijna jaarlijks schriftelijke waarschuwingen ontvangen, onder meer voor het zonder toestemming van werkgever meenemen van goederen van klanten voor privégebruik, opzettelijk treuzelen bij het verrichten van werkzaamheden, het te laat inleveren van weekstaten en gevaarlijk rijgedrag. Op 30 juni 2022 heeft werknemer een laatste waarschuwing ontvangen, vanwege gevaarlijk rijgedrag met een pallettruck, het niet bereikbaar zijn voor oproepwerkzaamheden en bij ziekte en vanwege het rijden van onnodig lange routes. Werknemer is op 14 november 2022 op staande voet ontslagen vanwege het op 11 november 2022 meenemen van twee blikjes frisdrank uit de koelkast van de kantine, die volgens werkgever niet voor vrachtwagenchauffeurs (en dus ook werknemer) bestemd waren. Volgens werkgever dit incident niet los worden gezien van de eerdere schriftelijke waarschuwingen en de laatste officiële waarschuwing van 30 juni 2022 en vormt dit laatste incident de druppel die de emmer heeft doen overlopen. Werknemer vecht het ontslag op staande voet aan bij de rechter en verzoekt onder meer toekenning van een vergoeding wegens onregelmatige opzegging en de transitievergoeding.

De kantonrechter is van oordeel dat het ontslag op staande voet terecht is gegeven. Hiertoe overweegt de kantonrechter als volgt. Werknemer heeft het wegnemen van de blikjes niet betwist, maar stelt niet geweten te hebben dat hij de blikjes niet mocht pakken. Uit de camerabeelden blijkt dat werknemer de twee blikjes op heimelijke wijze meeneemt, namelijk zodra de kantine leeg was en door de blikjes ter plekke voor de koelkast in zijn jaszakken te doen. Hierdoor acht de kantonrechter het niet geloofwaardig dat werknemer niet wist dat hij ze niet mocht pakken.

Daar komt nog bij dat in het bedrijfsreglement van werkgever staat opgenomen dat blikjes met frisdrank uit de frisdrankautomaat kunnen worden gekocht. Werknemer wist dat de koelkast door standplaatspersoneel werd gebruikt en niet door chauffeurs, omdat die elk een eigen koelkast in de vrachtwagen hebben. Werknemer had dan ook niets te zoeken in de koelkast van de kantine. Door deze handelswijze heeft werknemer zich onfatsoenlijk gedragen.

Het meenemen van de twee blikjes is weliswaar een gering feit en werkgever heeft geen zero tolerance-beleid hieromtrent, maar dit is naar het oordeel van de kantonrechter hier minder relevant. Werknemer heeft gedurende zijn hele dienstverband namelijk al heel veel waarschuwingen gehad voor het zich steeds niet houden aan werkinstructies. Ook heeft hij een heel duidelijke laatste waarschuwing gehad. De door werkgever gemaakte verwijten in de brief van 30 juni 2022 en de daarin opgenomen waarschuwing heeft werknemer onvoldoende betwist.

De kantonrechter is van oordeel dat werkgever zich terecht op het standpunt kon stellen dat sprake was van de spreekwoordelijke druppel die de emmer deed overlopen. Het ontslag op staande voet houdt dan ook stand en werknemer heeft geen recht op een vergoeding wegens onregelmatige opzegging. De kantonrechter is daarnaast van oordeel dat de feiten en omstandigheden die de dringende reden vormen ernstig verwijtbaar handelen opleveren. Werknemer behoorde zich bewust te zijn van het ongepaste karakter van zijn handelen. Dat betekent dat werkgever geen transitievergoeding aan werknemer verschuldigd is.

Beschouwing
Het gaat in deze zaak om een zogenoemd bagateldelict (een relatief klein vergrijp). In de rechtspraak houdt een gegeven ontslag op staande voet wegens een bagateldelict slechts stand als de werkgever een zero-tolerance beleid voert, dit beleid onder de aandacht van haar medewerkers brengt en dit beleid consequent toepast. In deze zaak voerde de werkgever echter geen zero-tolerance beleid. Toch is de werknemer in deze zaak op staande voet ontslagen vanwege een bagateldelict. Is hier dan sprake van een verkeerd oordeel van de rechter? Naar mijn mening niet. In deze zaak ging het namelijk om de zogenoemde druppel die de emmer doet overlopen. De werknemer in kwestie heeft vanaf 2004 bijna jaarlijks waarschuwingen gehad voor het niet opvolgen van werkinstructies. In juni 2023 heeft werknemer de laatste waarschuwing gehad. Vervolgens is werknemer nogmaals de fout in gegaan door twee frisdrankblikjes zonder toestemming mee te nemen. Gelet op deze specifieke omstandigheden is in mijn ogen dan ook terecht dat de werknemer op staande voet is ontslagen.

Heeft u vragen over deze uitspraak of wilt u een werknemer ontslaan vanwege een bagateldelict? Neem dan gerust contact met mij op. U leest de uitspraak hier.

Auteur: Emma Eijkelenboom

Next Post Previous Post