Heeft de werknemer recht op inzage in e-mail van collega’s?

Feiten
Werkneemster is sinds 1 april 2016 in dienst van de Gemeente Amsterdam als medewerker manager van stadsdeel Oost. Op 9 juni 2023 heeft zij intern gesolliciteerd voor de tijdelijke functie Teammanager Basisvoorziening, waarvoor zij is aangenomen.

Op 16 juni 2023 is werkneemster gebeld door de Gemeente met de mededeling dat er een e-mail over haar was ontvangen en dat naar aanleiding daarvan twijfels waren ontstaan over haar benoeming. Op 20 juni 2023 heeft een gesprek plaatsgevonden tussen werkneemster en haar leidinggevende. Haar leidinggevende heeft verteld dat de Teammanager Basisvoorziening van een ander stadsdeel deze e-mail had gestuurd. Werkneemster kreeg geen inzage in deze e-mail, maar volgens de leidinggevende was de strekking dat werkneemster geen draagvlak had in zowel het stedelijk overleg als in het stadsdeel Oost, waar werkneemster voor haar benoeming in de nieuwe functie werkzaam was. Werkneemster is vervolgens niet in haar nieuwe functie gestart.

Op 12 september 2023 is er een gesprek geweest tussen de teammanager, die de e-mail had verstuurd en werkneemster. Tijdens dit gesprek vertelde de teammanager dat zij de e-mail namens het hele team had gestuurd en dat zij daarin geen inzage wilde geven.

Door de situatie is werkneemster op 28 september 2023 ziek uitgevallen.

Werkneemster eist in kort geding inzage in de e-mail op grond van artikel 843a Rv.

Oordeel
Artikel 843a Rv geeft een partij de mogelijkheid om inzage in documenten te vorderen waar zij zelf geen toegang toe heeft, maar waarover een ander beschikt. Voor toewijsbaarheid van de vordering gelden drie voorwaarden:

i. De eiser moet rechtmatig belang hebben bij de inzage;
ii. De documenten waarin inzage wordt gewenst moeten voldoende bepaald zijn; en
iii. De documenten moeten zien op een rechtsbetrekking waarbij eiser partij is.

De rechtbank is van oordeel dat werkneemster het rechtmatig belang bij inzage in de e-mail voldoende heeft onderbouwd. De laatste twee voorwaarden stonden in dit geschil niet ter discussie. Werkneemster heeft een zwaarwegend belang om op korte termijn bij de Gemeente Amsterdam te kunnen re-integreren. Aannemelijk is dat inzage in de e-mail hieraan zou kunnen bijdragen. Het verkrijgen van informatie om de eigen rechtspositie te kunnen bepalen ten opzichte van Gemeente Amsterdam is eveneens een rechtmatig belang in de zin van artikel 843a Rv.

De Gemeente Amsterdam heeft een beroep gedaan op artikel 843a lid 4 Rv dat bepaalt dat de gedaagde partij niet aan de inzagevordering hoeft te voldoen als zij daarvoor (i) zwaarwichtige redenen heeft, of (ii) als inzage niet noodzakelijk is voor een behoorlijke rechtsbedeling. De Gemeente Amsterdam heeft hiervoor aangevoerd dat de teammanager heeft gevraagd om de e-mail vertrouwelijk te behandelen. De Gemeente wil die vertrouwelijkheid kunnen waarborgen. Zij wijst op haar verplichting om als goed werkgever te zorgen voor een veilige werksfeer. Daarnaast voert zij aan dat inzage ook niet nodig is voor een goede rechtsbedeling, omdat het bestaan van de e-mail niet wordt betwist en werkneemster in grote lijnen bekend is met de inhoud en de afzender. Volgens de Gemeente zal de inhoud van de e-mail daarom niet beslissend zijn in een eventuele procedure.

De rechtbank overweegt dat goed werkgeverschap niet alleen verplichtingen schept tegenover de werknemer die een situatie meldt, maar ook tegenover de werknemer over wie wordt gemeld. Anders dan de Gemeente Amsterdam meent, weegt de eerste verantwoordelijkheid niet logischerwijs zwaarder dan de tweede. In het geval er consequenties aan een melding worden verbonden, is het zeker belangrijk dat de werkneemster over wie is gemeld in de gelegenheid wordt gesteld om kennis te nemen van het verwijt zodat zij zich daar tegen kan verweren.

Hoewel Gemeente Amsterdam stelt dat de werkneemster in grote lijnen bekend is met de inhoud van de e-mail, heeft zij in de stukken niet toegelicht wat zij daadwerkelijk over de inhoud heeft verteld aan werkneemster. Werkneemster heeft op de zitting verklaard dat haar niet meer is verteld dan dat er persoonlijke dingen in staan, er geen draagvlak voor haar was en er zorgen zouden zijn, maar voor haar is onduidelijk welke zorgen. De kantonrechter is van oordeel dat Gemeente Amsterdam met deze informatie niet in grote lijnen de inhoud van de e-mail heeft meegedeeld, maar enkel de strekking van de boodschap in de e-mail. Gemeente Amsterdam zal daarom ook meer openheid van zaken moeten geven, omdat werkneemster zonder aanvullende informatie niet haar naam kan zuiveren of zich kan verdedigen tegen onbekende aantijgingen. Op de zitting werd duidelijk dat met name dat werkneemster in de weg staat om weer te kunnen re-integreren.

Het voorgaande leidt tot de conclusie dat de Gemeente in elk geval gedeeltelijk inzage zal moeten geven in de e-mail. De rechter heeft op grond van artikel 843a lid 2 Rv de bevoegdheid om te bepalen in welke vorm inzage moet worden gegeven. De kantonrechter bepaalt in dit geval dat een gelakte versie van de e-mail wordt overgelegd met daarnaast een samenvatting van de inhoud van de gehele e-mail, dus ook van de gelakte delen.

Lees hier de uitspraak.

Esmeralda de Jongh

Next Post Previous Post