Wnra: (on)gelijkheid bij schending integriteit?


Een bijdrage van mevrouw mr. M.C.J. van den Brekel in het themanummer ArbeidsRecht 2020/4.

Onze collega Marion van den Brekel vraagt zich in deze bijdrage af hoe het integriteitsbegrip na inwerkingtreding van de Wnra (1 januari 2020) invulling moet krijgen. Hoe wordt het begrip ‘goed ambtenaarschap’ onder de Wnra bijvoorbeeld ingevuld? Over welke sanctiemogelijkheden beschikt de overheidswerkgever onder de Wnra en hoe zal de kantonrechter met integriteitsschendingen omgaan?

Marion van den Brekel stelt zichzelf de vraag of de ambtenaar een bijzonder soort werknemer is waaraan in het kader van integriteit andere, hogere eisen worden gesteld en die door de civiele rechter op onderdelen anders zal worden behandeld. Zij houdt daartoe een gedegen beschouwing over het leerstuk integriteit. Integriteit en integriteitsbewustzijn zijn altijd een essentieel element geweest van de ambtenaarsfunctie. De overheidswerkgever kon voor invoering van de Wnra de ambtenaar sanctioneren als er sprake was van een integriteitsschending (plichtsverzuim). Van plichtsverzuim is sprake als de ambtenaar een voorschrift overtreedt of doet of nalaat wat een goed ambtenaar in gelijke omstandigheden behoort te doen of na te laten. Dit is een open en dus ruime norm. Hoe krijgt deze norm invulling na de Wnra? Kan een overheidswerkgever na 1 januari 2020 de ambtenaar op eenzelfde wijze als voorheen sanctioneren? Zal de civiele rechter na inwerkingtreding van de Wnra dus het arbeidsrechtelijke kader blijven hanteren, terugkijken naar de uitgebreide bestuursrechtelijke rechtspraak of misschien een nieuwe route bewandelen.

Lees dit en meer in onderstaande bijdrage van Marion van den Brekel in het blad Arbeidsrecht.

20200131 artikel WNRA ArbeidsRecht 2020, 1.pdf

Next Post Previous Post